Terwijl ik lekker in de keuken bezig ben, zit er ineens een liedje in mijn hoofd. Dat gebeurt vaker en het repertoire van mijn inwendige jukebox is niet om over naar huis te schrijven of in mijn geval om over te bloggen. Juist daarom is het natuurlijk wel weer leuk om dat gewoon toch te doen. Het liedje wat ineens opdoemt in mijn hoofd is een liedje wat me echt doet denken aan vroeger. Aan de tijd van Kinderen voor Kinderen en Kinderen Zingen voor Dieren, waarvan het nummer ook is Kennen jullie dat nog? Als je geboren bent in het begin van de jaren tachtig moet het haast wel. Het gaat over een doodgewone kat. Hij kon spinnen als de beste, hij was speels en hij was zacht. En toen werd hij oud en ziek. De dierenarts besloot het beestje uit zijn lijden te verlossen.
Cassettebandje
Het is een liedje waar je spontaan van in huilen uitbarst eigenlijk. Als je last hebt van een beginnende winterdepressie of een sentimentele bui, raad ik je niet aan om ‘een doodgewone kat’ in te tikken op YouTube. Helemaal niet vrolijk zoals je toch verwacht van kinderliedjes? Maar goed ook kinderen moeten natuurlijk realiseren dat het leven niet alleen maar feest, snoep en priklimonade is. Sprak juf Stefanie u toe. Kinderen Zingen voor Dieren had nog meer tophits. Als klein meisje zong ik ze uit volle borst mee. Het cassettebandje in mijn Fisher Price playback radio die ook nog eens een microfoon had. Je kon ook zelf bandjes opnemen met dit ding. Geweldig. Alhoewel het niet alleen voor kinderen geweldig speelgoed was. Toch mam?
Grijze roomstaart
Ik heb er nu nog wel eens last van, maar als ukkie nog meer. Het verkeerd meezingen van liedjes. En er dan van overtuigd zijn, dat jij degene bent die de juiste tekst zingt. Dat was toen al zo en nu nog steeds. Stiekem denk ik dat ik als kind nog meer overtuigd was van mijn gelijk. Nu zie ik natuurlijk in en ben ik ook de eerste die het toegeeft, dat ik helemaal verkeerd zat toen ik zong over de papegaai met de grijze roomstaart. Weet je, ik denk eigenlijk dat ik toen al met mijn hoofd in de keuken zat. Voor wie het liedje niet kent – schaam je want dit was wel één van de tophits uit de eighties – het olijke jongetje zong over een grijze roodstaart. Een papegaai die goedemorgen zei en in zijn oor beet. Niet een hele aardig papegaai dus eigenlijk.
Poezenvrouwtje
Dan was er ook nog een nummertje over een kat die kwijt is. Daar kon ik me toen al goed mee ‘identificeren’ want ook als vijf jarige was ik een poezenvrouwtje. Nu natuurlijk nog meer, dus wilde jullie deze mooie verspreking niet onthouden. De kat des huize was zoek. De jonge zanger riep en zocht hem overal, dagenlang. Hij voelde zich enorm zielig en deed geen oog dicht. Zonde dat kind. Benieuwd of zijn ouders ook hielpen met zoeken? Dat vertellen ze dan weer niet in zo’n liedje. De kattenbak bleef leeg, wat natuurlijk niet altijd iets zegt want onze poezen doen dat gewoon buiten. In eigen tuin hoor zodat de buren er geen last van hebben. Niets mis met een beetje extra bemesting. Ineens was de kat weer thuis en riep zijn baasje het van de kaken dat de poes weer thuis was. Nee, dit is geen spelfout. Van de kaken was mijn interpretatie van de zin ‘ik schreeuw het van de daken’.
Riedels en adlips
Als ik nu op pad ga met vriendin An hebben we allebei wel eens van die momentjes dat we denken ‘huh? Wat zing jij nou?’ Vroeger maakten we vaak een cd en nu een playlist met allemaal guily pleasures. Spice Girls, Solid Harmony, Ace of Bace, DJ Paul Elstak, Nakatomi. Gewoon, je weet wel, hoogstaande kwaliteitsmuziek met ingewikkelde teksten. Keihard zingen we dit soort liedjes mee. Dat klinkt altijd enorm goed want zowel An als ik zijn uitstekend bij stem. De ene riedel na de andere adlip. We draaien ons hand er niet voor om. Tot de muziek wegvalt en je ons gekrijs en gekras hoort, maar dat is helemaal niet belangrijk. Het komt regelmatig voor dat we allebei gewoon een heel andere tekst zingen. Behoorlijk creatief eigenlijk. Wie weet zit er nog wel een nieuwe carrière in voor ons.
Over tot de orde van de dag. Daar had ik vijf alinea’s voor nodig. Pompoensoep. Altijd goed en altijd lekker. Zekers als je er gewoon eens even een andere draai aan geeft. Deze pompoensoep met spekjes en sinaasappel is geweldig. Al zeg ik het zelf. De zoete smaak van pompoen combineert zo goed met pittig en zout. Daarom vind je in de pompoensoep ook een rode peper en uitgebakken spekjes terug. Om het soepje compleet te maken goot ik er ook wat frisse sinaasappelsap in. Wauw wat een combinatie. Echt één om uit te proberen hoor!
Pompoensoep met spekjes en sinaasappel
Voor een grote pan soep
Dit zit erin:
- 1 kilo pompoen in kleine blokjes, als je de pompoen goed wast, hoef je hem niet te schillen
- 1 ui, gesnipperd
- 2 tenen knoflook, fijngehakt
- 100 gram spekjes
- 1 rode peper, fijngehakt
- 100 milliliter sinaasappelsap
- 1 liter kippenbouillon
- Klein bosje tijm, enkel de blaadjes
- Olijfolie
- Peper & zout
Dit heb je nodig:
- Soeppan
- Staafmixer
Zo maak je het:
- Zet een grote soeppan op het vuur en bak hierin de spekjes. Ik gebruik voor het uitbakken van de spekjes geen olie of boter. Als de spekjes een beetje krokant worden en er wat vet is vrijgekomen in de pan, schep je ze op een bord met een velletje keukenpapier.
- Fruit in het spekvet de ui, knoflook, het grootste gedeelte van de tijm en rode peper. Breng op smaak met zout en peper.
- Voeg na 5 minuten de blokjes pompoen toe en bak 5 minuten mee. Schep nu de spekjes in de pan, roer goed en giet de bouillon erbij. Draai het vuur hoog en laat 20 tot 25 minuten koken.
- Als de pompoenblokjes zacht zijn, pureer je de soep met de staafmixer. Zet terug op het vuur en giet de sinaasappelsap in de pan.
- Verwarm goed door en verdeel de soep nu over de soepkommen. Garneer met wat blaadjes tijm.
Ga jij een recept van Little Spoon maken? Laat het mij dan weten. Ik ben super benieuwd naar jullie kookkunsten. Dit kan via Facebook, tag Little Spoon op Instagram of op Twitter en gebruik de hashtag #LITTLESPOONNL.
Volg je me al?
Facebook, Instagram, Twitter
Marleen zegt
Wat is deze pompoen soep zalig……… Voor m’n zussen gemaakt ! Alleen maar lof